Slapen op het vliegveld: 10 survival-tips

Wie op een laag budget reist, ontkomt er soms niet aan: slapen op de luchthaven. Bijvoorbeeld omdat je vlucht vroeg in de ochtend vertrekt en je de avond ervoor de laatste trein naar het vliegveld moest nemen. Of omdat je een complete nacht overstaptijd hebt tussen twee vluchten.

Zelf heb ik het ooit voor elkaar gekregen –vrijwel blut en onderweg naar huis– om drie achtereenvolgende nachten op drie verschillende luchthavens te slapen: Nouméa (Nieuw-Caledonië), Sydney (Australië) en Dallas (in de VS). Hoewel slapen? Dat ging eigenlijk beter in het vliegtuig. Hieronder vind je tien tips om jouw overnachting op het vliegveld  zo comfortabel mogelijk te maken.

1. Doe je huiswerk

Met een goede voorbereiding bespaar je jezelf een hoop ongemak. Verdiep je in de luchthaven waar je moet overnachten. Op Sleepinginairports.com kun je lezen over de ervaringen van andere reizigers (al zijn niet alle reviews even recent). Waar zijn bijvoorbeeld de beste slaapplekken? En blijft de luchthaven wel de hele nacht open?

Toen ik in Nouméa aankwam had ik mezelf niet zo goed voorbereid: de terminal bleek ’s nachts dicht te gaan. Ik had geluk dat ik er toch mocht slapen van de beveiliging. Verwacht dit soort compassie niet op de ’s nachts sluitende luchthavens van Eindhoven, Groningen, Maastricht en Rotterdam. Ook leuk: sommige luchthavens die ’s nachts wél open blijven, bijvoorbeeld Reykjavik Keflavik, verbieden reizigers toch om te slapen. Rechtop zitten met je ogen open mag dan weer wel.

2. Denk om je veiligheid

Pas op jezelf en op je spullen. Als je alleen reist kun je beter in de buurt van andere reizigers slapen. Met een paar biertjes kan het zelfs nog gezellig worden. Houd je bagage te allen tijde bij je. Je zal niet de eerste vliegveldslaper zijn die zijn of haar tas kwijtraakt. Bewaar je paspoort en andere belangrijke documenten op je lichaam of stop ze in je slaapzak. Gebruik een bagagekluis, indien aanwezig.

3. De airside is (meestal) beter dan de landside

Op grote vliegvelden – zoals Schiphol en Singapore – zijn de slaapomstandigheden aan de airside (dus voorbij de controles) meestal beter dan aan de landside. Zo vind je aan de airside van Schiphol comfortabele relax-stoelen, terwijl de stoeltjes op Schiphol Plaza vervelende armleuningen hebben. Het grote voordeel van de airside is ook dat je minder kans hebt op diefstal. Maar dat betekent natuurlijk niet dat je je bagage uit het oog kan verliezen.

Als je vlucht de  volgende ochtend vroeg vertrekt mag je – op vertoon van paspoort en instapkaart – vaak al door de beveiliging, maar dit verschilt per luchthaven. Heb je bagage om in te checken? Op grote Duitse vliegvelden kan dit bijna altijd al de avond van tevoren. Anders zit er niets anders op dan aan de landside te blijven hangen.

4. Wees creatief

Ga op onderzoek uit. Aangezien je toch de hele nacht hebt, kun je het complete vliegveld uitpluizen op zoek naar de meest geschikte slaapplek. Bijvoorbeeld op een bankje van een gesloten cafetaria of op de bagageband van een incheckbalie. De ideale slaapplek hoeft niet in de terminal te zijn waaruit je vertrekt. Meestal rijdt er een gratis bus of treintje tussen de terminals, soms de hele nacht.

De luchthavens van Keulen en Frankfurt zijn omringd door bos. Dus als je een tent hebt, kun je die daar stiekem opzetten. Zorg dat niemand je ziet, want wildkamperen is natuurlijk verboden. Aan een paar struikjes heb je al genoeg om onzichtbaar te blijven. ’s Zomers kun je ook buiten op een bankje of op een grasveld gaan liggen. Controleer wel even of er geen sproei-installaties op het gras staan, tenzij je graag op een onverwachtse douche getrakteerd wordt.

5. Vraag vliegveldpersoneel waar je kan slapen

Vliegveldpersoneel is er echt niet alleen om jou te pesten en op te jagen. Tenminste, meestal niet. Eerder noemde ik de beveiligers in Nouméa, die mij in een afgesloten terminal lieten slapen (er was nog wel een nachtwaker aanwezig). Maar ook in Sydney was het personeel behulpzaam en wezen zij mij een speciale hoek – met redelijk comfortabele stoelen – waar meerdere reizigers sliepen.

6. Neem slaapspullen mee

Om alleen voor een nachtje op het vliegveld je hele vakantie met een slaapzak en een slaapmatje rond te zeulen, is misschien wat overdreven. Maar als je deze spullen toch bij je hebt, maak er dan gebruik van! Ik heb ooit heerlijk warm in mijn slaapzak gelegen in een verder ijskoude terminal van Madrid Barajas. Het alternatief is meerdere lagen kleding aantrekken en een handdoek als slaapmatje gebruiken.

Oordopjes (tegen voorbij zoevende schoonmaakkarretjes en irritante omroepberichten) en een slaapmasker zijn ook handig. Bij een vroege vlucht is een wekker onmisbaar. Zorg wel dat je deze nog hoort met je oordopjes in! Je kunt ook een briefje schrijven met je gewenste wektijd en dat op jezelf plakken. Hopelijk is er dan iemand die je wakker wil maken. Pontificaal voor je vertrekbalie slapen of voor de deur van de gate bivakkeren, werkt ook altijd.

7. Neem iets mee om jezelf te vermaken

Als je op een verboden-te-slapen vliegveld bent gestrand of als slapen simpelweg onmogelijk is; is het wel zo fijn om een boek of een opgeladen telefoon of laptop bij je te hebben om de tijd mee door te komen. Op veel vliegvelden moet je helaas betalen voor wifi en kan het een hele opgave zijn om een werkend stopcontact te vinden. Denk ook aan eten en drinken. Soms sluiten cafetaria en winkels ’s nachts, dus sla wat voorraden in.

8. Lounge of “Sleep Box”?

Grote vliegvelden beschikken vrijwel altijd over meerdere lounges. Deze lounges zijn eigenlijk bedoeld voor Business Class-passagiers, maar soms kun je tegen betaling van ongeveer € 30-40 genieten van een beetje luxe. Op een aantal vliegvelden, zoals in Barcelona, sluiten de lounges ’s nachts. Maar op andere plekken, bijvoorbeeld op de luchthaven van Muscat (Oman), zijn ze de hele nacht open. Veel lounges hebben een speciale “napping room”, douches en gratis eten en drank.

Sinds kort bieden verschillende grote luchthavens – waaronder Delhi, Dubai, Moskou en München – “Sleep Boxes” waar je tegen betaling in een kleine afgesloten ruimte kunt slapen.

9. Is een hotel echt zo duur?

Een hotel op de luchthaven is niet per se onbetaalbaar. Vliegveld Weeze heeft bijvoorbeeld een hostel op loopafstand van de terminal (€ 40 voor een tweepersoonskamer) en op de luchthaven van Frankfurt vind je een Meininger Hostel (met dormbedden rond de € 25).  Liever een hotel? Zoek dan je accommodatie met behulp van Booking.com. Sommige maatschappijen geven bij een lange overstaptijd een gratis overnachting: vraag hiernaar.

En waarom zou je niet naar de stad gaan, als deze niet al te ver van de luchthaven ligt. In Sana’a (Jemen) moest ik een keer om 2.30u ’s morgens op het vliegveld zijn, terwijl ik aan het eind van de middag was aangekomen. Ik koos voor een kort nachtje in een hotel in de stad, twee lange taxiritten en een uitgebreide Jemenitische maaltijd; wat een stuk ontspannender was dan acht uur wachten op het vliegveld. Soms moet je jezelf verwennen.

10. Maak er een langere stopover van

Zelf combineer ik regelmatig goedkope losse tickets om op een bestemming te komen. Dat betekent vaak: lange overstaptijd en/of een nachtje op het vliegveld. Maar het is natuurlijk veel leuker om twee of drie dagen, of in ieder geval een lange dag, op de overstapplek te blijven en de stad te verkennen. Zo was ik in januari in Bilbao en een jaar eerder in Sevilla. Je bezoekt plekken waar je misschien niet zo snel een aparte stedentrip naar toe zou maken, maar die wel erg interessant zijn. In ieder geval interessanter dan de terminal van welke luchthaven dan ook.

Foto: Adobe Stock